Inhoud
Transformatoren zijn apparaten die energie van het ene circuit naar het andere transporteren. Dit is mogelijk dankzij twee induceerbare geleiders. Transformatoren bevatten in de meest basale vorm een primaire spoel, meestal een spoel of gewoon een spoel genoemd, een secundaire spoel en een extra kern die de spoelen ondersteunt. Luchtkerntransformatoren hebben de functie om radiofrequente stromen te dragen. Een voorbeeld is de elektrische stroom die wordt gebruikt om een radiotransmissie te verkrijgen.
Transformatoren
Hoe werken luchtkerntransformatoren?
Energie wordt ook van het ene circuit naar het andere getransporteerd met behulp van transformatoren met luchtkernen. Bij deze apparaten worden twee spoelen met kabels in een soort nucleaire substantie gewikkeld. Meestal zijn de spoelen met draden gewikkeld in een luchtige kartonnen structuur, die de naam geeft aan transformatoren met luchtkernen. Bovendien worden bij deze apparaten alle stromen (elektrische energie) beschouwd als excitatie of elektrificatie, dat wil zeggen dat ze een secundaire spanning stimuleren of induceren die gerelateerd is aan de wederzijdse inductie of secundaire stimulus van de getransporteerde energie. Een luchtkerntransformator kan eenvoudig worden gemaakt door de spoelen heel dicht bij elkaar te plaatsen. Met behulp van meerdere van dit type transformatoren worden de spoelen gewikkeld in een centraal materiaal dat een grotere magnetische permeabiliteit heeft dan die van hen. Dit materiaal zorgt er dus voor dat het magnetische veld, dat wordt geïnduceerd door de primaire elektrische stroom, intens sterker wordt, waardoor de efficiëntie van de transformator toeneemt. Hierdoor is er geen energieverlies en is de verhouding tussen de primaire en secundaire spanning identiek aan de verhouding tussen het aantal windingen van de primaire spoel en het aantal windingen van de secundaire.
Basisprincipes
Transformatoren werken volgens twee principes. De eerste is dat elektrische stromen magnetische velden genereren of produceren, een fenomeen dat elektromagnetisme wordt genoemd. Het tweede principe is dat een veranderd magnetisch veld binnen een spoel de spanning van het ene uiteinde van de spoel naar het andere induceert of stimuleert. Dit wordt elektromagnetische inductie genoemd. Wanneer de stroom (elektrische energie) door de primaire spoel gaat, verandert ook de sterkte van het magnetische veld. Transformatoren bieden een pad voor magnetische fluxlijnen, verandering of fluctuatie in elektrische energie. De secundaire spoel ontvangt elektrische energie van de primaire en voert de energie vervolgens naar de weerstand. De term "weerstand" wordt over het algemeen gedefinieerd als de hoeveelheid energie die door een circuit wordt gebruikt. Er is ook een afwerkingsmechanisme dat de bovengenoemde componenten beschermt tegen vocht, vuil en eventuele mechanische schade.