Inhoud
Coating gel is een dik harsproduct dat wordt gebruikt voor de buitenlaag in glasvezelprojecten. Het wordt meestal over een mal aangebracht terwijl de glasvezel van achteren wordt toegevoegd. Af en toe vormen zich belletjes in de gelcoatinglaag, wat resulteert in een onaantrekkelijke afwerking en mogelijk dure reparatie. Er zijn verschillende oorzaken van belletjes in de gellaag.
Niet-uitgeharde gellaag
De gelcoating wordt gemengd met een chemische katalysator; deze vloeistof zal het vloeibare materiaal in vast materiaal veranderen. Dit proces wordt genezing genoemd. De katalysator moet zorgvuldig worden gemengd met de gelcoating om een goede uitharding te garanderen. Indien niet grondig gemengd, kunnen er kleine porties van de niet-uitgeharde gellaag in de emmer zitten. Als deze laag op een vormoppervlak wordt geborsteld of gespoten, zal het een vloeistofbel vormen wanneer het materiaal eromheen uithardt.
Mix snel
De gellaag moet worden gemengd, maar pas op dat u niet te snel roert. Door de gel te kloppen alsof je eieren klopt voor een omelet, wordt deze gevuld met kleine belletjes. Deze bellen kunnen in de gellaag achterblijven wanneer deze op het matrijsoppervlak wordt aangebracht, wat resulteert in kleine holtes in het eindproduct. Kleine luchtbellen die in de coating vastzitten, zijn zelden een probleem, maar ze kunnen scheuren op het oppervlak vormen.
Onvoldoende glasvezel
Nadat de gellaag is uitgehard, wordt de hars geborsteld en wordt de glasvezel aangebracht op platen of als een spray van gesneden vezels. Deze glasvezel is verzadigd met hars en er zijn meer lagen toegevoegd. Als luchtbellen die tussen het glasvezel en de gel opgesloten zitten, niet goed worden verwijderd, blijven ze ook nadat de hars is uitgehard. Verwijder alle luchtbellen uit elke laag voordat u de hars uithardt.
Osmotische bellen
Als een glasvezelproject eenmaal is voltooid, kan het na verloop van tijd nog steeds bellen vormen. Als de gelcoating wordt blootgesteld aan grote hoeveelheden water, zoals scheepsrompen, kan het water geleidelijk door de gellaag gaan en osmotische bellen vormen. Het water sijpelt door osmose, maar blijft hangen en kan niet ontsnappen. Dit resulteert geleidelijk in een bubbel. De meeste van deze blaren zijn onschadelijk, maar kunnen af en toe groot genoeg zijn om structurele schade aan te richten.