Inhoud
Er zijn veel manieren om levensvormen op basis van hun kenmerken in verschillende groepen te verdelen. Gram-positieve en gram-negatieve bacteriën zijn twee hoofdafdelingen van alle bacteriën, waarbij het meest opvallende verschil tussen de twee verband houdt met de structuur van hun celmembranen. Hoewel beide typen infectieziekten kunnen veroorzaken, vormen gramnegatieve bacteriën een groot probleem voor de volksgezondheid vanwege het feit dat hun celstructuur ze resistent maakt tegen antibiotica.
Gramkleuring
Gramkleuring is een manier om bacteriën in twee grote groepen te verdelen. Grampositieve bacteriën behouden de gentiaanviolette kleurstof tijdens dit proces en worden paars, terwijl gramnegatieve bacteriën roze worden. Sommige bacteriën zijn veranderlijk, zoals grampositieve bacteriën, die onder bepaalde omstandigheden gramnegatieve bacteriën kunnen worden. Het verschil tussen de twee zit in hun celmembranen. De eerste hebben een dikke celwand, die voornamelijk uit peptidoglycaan bestaat. Deze laatste hebben een zeer dunne peptidoglycaanlaag en de buitenste laag wordt beschermd door een membraan van lipoproteïnemoleculen. Dit toont aan dat de twee soorten cellen zeer verschillende eigenschappen hebben en verschillend reageren op chemische middelen.
Resistentie tegen antibiotica
Het grootste gevaar van gramnegatieve bacteriën is dat de bacteriële infecties die ze veroorzaken niet reageren op een behandeling met standaard antibiotica. Dit type bacterie is bijvoorbeeld bestand tegen de effecten van penicilline en cefalosporine omdat ze bedoeld zijn om celwanden te breken, die niet aanwezig zijn in gramnegatieve bacteriën. Het buitenmembraan van deze bacteriën is bestand tegen de effecten van verschillende soorten antibiotica omdat het ondoordringbaar is. Daarom zijn infecties veroorzaakt door gramnegatieve bacteriën moeilijker te behandelen.
Ziekenhuisinfecties
Infecties veroorzaakt door gramnegatieve bacteriën worden vaak opgelopen in ziekenhuisomgevingen en zijn een belangrijke oorzaak van nosocomiale infectie en overlijden. Patiënten met een verzwakt immuunsysteem zijn bijzonder vatbaar, hoewel degenen met een sterker immuunsysteem ook dit soort infecties kunnen oplopen. Deze bacteriën overleven lang op oppervlakken en worden vaak samengetrokken door katheters, ventilatoren of wonden. Eenmaal in het lichaam dringen ze meestal de bloedbaan binnen en veroorzaken ze een infectie. Gram-negatieve bacteriën zijn vaak betrokken bij urineweginfecties en beademingsgerelateerde pneumonie.
Behandeling
Omdat gramnegatieve bacteriën zo resistent zijn tegen antibiotica, kan behandeling moeilijk of zelfs onmogelijk zijn. Er zijn voor dit doel twee antibiotica, namelijk colistine en polymyxine B, ontwikkeld in de jaren 40. Beide hebben echter ernstige bijwerkingen, zoals zenuw- en nierbeschadiging. Behandeling met deze medicijnen kan leiden tot nierfalen. Sommige stammen van gramnegatieve bacteriën zijn ook resistent tegen deze antibiotica.