Inhoud
Griekse architectuur staat bekend om drie stijlen: Dorisch, Ionisch en Korinthisch. De Grieken gebruikten deze drie stijlen in verschillende tempels en openbare ruimtes en maakten ze af met driehoekige ornamenten. Bovendien installeerden de Grieken altijd twee stijlen, die elkaar tijdens de constructie ontmoetten, maar nooit vermengden. De Dorische stijl vermengde zich niet met Ionisch of Korinthisch, en vice versa.
Dorisch
De Dorische bouwstijl wordt vertegenwoordigd door de meest elementaire Griekse zuil. Deze kolom, die tot 12 m hoog kon worden, werd van boven naar beneden gecanneleerd. De basis van de kolom had geen ontworpen deksel of frame. De bovenkant was echter bedekt met een bewerkte frame en een vierkante omtrek net onder de fries waar de kolom het driehoekige ornament ontmoette. Deze kolommen werden ontdekt in de Griekse architectuur en vertegenwoordigen de evolutie in constructie en ontwerp van het land.
Ionisch
De Ionische architectuur bevatte ook kolommen die tot 12 m hoog reikten en 1,5 m tot 2 m aan de basis. De Ionische stijl had een vierkante basis en een frame eromheen, en een rol waar het de constructie fries en de decoratielijn vond. Het bovenframe was meer decoratief dan dat getoond in de Dorische zuilen, en de basis was 1 m breder dan de bovenkant.
Korinthisch
De laatste van de Griekse bouwstijlen is de meest uitgebreide en beperkt tot koninklijke paleizen en tempels in de Griekse kroon. Deze stijl is vergezocht, met basiskolommen die van 1 m tot 1,5 m breder reiken dan de bovenkant. De basis bevindt zich in een rond blok omgeven door een frame. De bovenkant is versierd met ornamenten van bladeren, bloemen en krullen, gecombineerd om de beroemde Corinthische stijl te vormen.
Driehoekige ornamenten
Al deze bouwstijlen zijn bedekt en afgewerkt met het driehoekige ornament dat de Griekse architectuur kenmerkt. Het driehoekige plafond van Griekse tempels en complexen vertegenwoordigt een definitief hoogtepunt van de Griekse orde die begon aan de basis van de kolommen en een verfijnde versiering aan de bovenkant werd, verbonden met het plafond voor afwerking. De Grieken volgden een gedefinieerde vorm van symmetrie waarin alle kolommen, ramen en deuren in paren verschenen, ongeacht het aantal dat in het gebouw was geïnstalleerd. Ten slotte wordt de Griekse orde voltooid, of het nu Dorisch, Ionisch of Corinthisch is, door het driehoekige ornament bij de ingang van het gebouw.