Inhoud
De term behaviorisme, ook bekend als behaviorisme of conductisme, verwijst naar een theorie van de psychologie die alle gedragingen bestudeert zoals ze zijn verworven. Klassieke conditionering is een vorm van behaviorisme waarbij een specifieke stimulus een voorspelbare respons oplevert. Het meest voorkomende voorbeeld is wanneer honden voedsel ruiken waardoor ze gaan kwijlen. Wanneer er bij elke maaltijd een bel klinkt, beginnen honden te kwijlen als reactie op de bel, zelfs zonder de aanwezigheid van voedsel. Klassieke conditionering kan verschillende rollen spelen in de klas.
Versterk het leren
Leraren die gedragstechnieken willen gebruiken om het leren te versterken, zullen eerder operante conditioneringstechnieken gebruiken. Het gaat om straffen en beloningen, die door een leraar kunnen worden gedaan door simpelweg een beloning (bijvoorbeeld een compliment) te geven voor een goed uitgevoerde taak of een straf (extra les) voor het niet goed doen. Klassieke conditionering kan niet zo direct worden gebruikt, maar het kan vaak samenwerken met operante conditionering om het leren te versterken. Als de algemene omgeving in de klas bijvoorbeeld prijzenswaardig en aangenaam is tijdens het leren, zal de student dat plezier associëren met de specifieke klas, waardoor de kans groter is dat hij deelneemt.
Leren onderbroken
Leerlingen die hebben geleerd bedreigende of beangstigende situaties te associëren met ervaringen in de klas, hebben wellicht meer problemen. Studenten associëren wiskundetests bijvoorbeeld vaak met de angst en druk van een examen. Deze geconditioneerde reactie kan gebaseerd zijn op vroege ervaringen op de basisschool, waar het kind bijvoorbeeld met veel druk te maken kreeg met getimede toetsen. Zelfs als hij ouder is, kan de leerling autonome reacties hebben, zoals zweten en een verhoogde hartslag, simpelweg wanneer hij eraan denkt om een examen af te leggen of wanneer hij met moeilijke wiskundeproblemen wordt geconfronteerd. In de klas kunnen docenten zich bewust zijn van de effecten van klassieke conditionering op faalangst en een leer- en testomgeving creëren die het gevoel van kalmte en focus versterkt. Wanneer de student na verloop van tijd onder weinig druk in een positieve omgeving test, sterft de klassiek geconditioneerde reactie uit en verdwijnt deze.
Andere klassieke conditioneringsfuncties
Het is belangrijk om te onthouden dat klassieke conditionering, in tegenstelling tot operante conditionering, niet alleen met wilskracht kan worden onderdrukt. De reacties die verband houden met klassieke conditionering zijn onvrijwillig. Het is mogelijk om gedrag te onderdrukken, maar niet de impulsen die ermee gepaard gaan. Als een leraar bijvoorbeeld snoep gebruikt om de juiste antwoorden positief te bekrachtigen, zullen leerlingen succes klassiek (associëren) met de smaak van suiker. Als de leraar dan stopt met het gebruik van snoep, zelfs als hij de reden voor de verandering uitlegt, zullen studenten waarschijnlijk nog steeds naar suiker hunkeren als ze positieve reacties geven.