Inhoud
Goedkope, gemakkelijk te kweken bonen kunnen studenten allerlei noties over de natuurlijke wereld bijbrengen. Eenvoudige boonexperimenten bieden een praktische leerervaring die kinderen oog in oog neemt met de wonderen van wetenschap en natuur. Laat jonge studenten zien hoe deze kleine lichamen verrassende hoeveelheden water kunnen absorberen en op magische wijze tot leven komen. Kinderen leren verschillende concepten en basisprincipes van de wetenschappelijke methode meten en vergelijken.
Kijk of de maat ertoe doet
Kijk als eerste experiment of de grootte van de boon of het zaadje iets te maken heeft met hoe snel het zal ontkiemen. Voor dit experiment heb je 300 gewone bonen, 15 plastic bekers, wat plasticfolie en papieren handdoeken nodig. Scheid bonen door kleine, middelgrote en grote maten; en plaats dan 20 bonen van elke groep op een vochtige papieren handdoek. Bedek de korrels met de plasticfolie, rol ze op, voeg nog een laag keukenpapier toe en rol ze opnieuw op, en sluit ze dan allemaal samen. Plaats elk monster in een glas water en controleer één voor één dagelijks gedurende vijf dagen om te zien hoe de grootte van het zaad de groei beïnvloedt.
Een andere experimenteeroptie
Een ander experiment voor jonge kinderen is om verschillende vormen van groei te testen om te zien welke het beste werkt. Gebruik sperziebonen en het verhaal van "Jan en de bonenstaak" om je fantasie te prikkelen. Vraag de leerlingen om een set sperziebonen te planten met vochtige papieren handdoeken en een plastic zak, en nog een set aarde in een plastic beker. Maak elke dag tijd vrij voor de leerlingen om de korrels water te geven en de twee sets te meten en te vergelijken, waarbij ze de groeigrafieken bijhouden.
Gekookt versus rauw
Test of het koken van linzen enig effect heeft op uw vermogen om te ontkiemen door de groei van zeven verschillende kopjes bonen te meten en te vergelijken. Het eerste glas is het controlemonster met gedroogde linzen. De andere zes kopjes worden gevuld met bonen die met verschillende tussenpozen zijn gekookt, van 5 tot 30 minuten. Bedek de bekers met papieren handdoeken en vraag de leerlingen om hun groei gedurende vier tot vijf dagen te volgen.
Waterabsorptie
Scheid zes verschillende plastic bekers van 355 ml en meet in elk 50 gram droge bonen. In dit experiment berekenen leerlingen hoeveel water de bonen in de loop van de tijd zullen opnemen. Label elke beker met een "absorptietijd"; beginnend bij nul voor het eerste glas en daarna variërend van 20 minuten tot 27 uur voor de rest van de vijf glazen. Giet 100 ml water in alle glazen, behalve de eerste. Als de aangegeven tijden voorbij zijn, moeten de leerlingen de bonen verwijderen en ze grondig afdrogen met keukenpapier. Plaats elke boon in een droge beker, weeg ze en vergelijk dat gewicht met de oorspronkelijke beker.