Inhoud
Pulmonale stenose is een aangeboren afwijking van het hart die de klep tussen de rechterventrikel en de longslagader aantast. De pulmonale klep is samengesteld uit drie klepbladen die de bloedstroom van de longslagader naar het hart mogelijk maken. Bij pulmonale stenose zijn er problemen die het openen van deze klep belemmeren, waardoor de bloedstroom wordt belemmerd.
Tekenen en symptomen
Symptomen treden meestal op na een ernstigere mate van obstructie. Een baby met ernstige pulmonale stenose zal in de eerste dagen van zijn leven cyanose of een blauwachtige tint ontwikkelen als gevolg van een gebrek aan zuurstofrijk bloed in de longen.
Behandeling
Alleen kinderen met matige of ernstige vormen van de ziekte hebben behandeling nodig. Een baby met een kritiek geval heeft onmiddellijke interventie nodig, hetzij door een operatie, hetzij door een ballondilatator in de longklep.
Uitbreidingsballon
Het inbrengen van de dilatatieballon is een weinig invasieve procedure waarbij een katheter met een ballontip in een bloedvat in de lies wordt ingebracht. De katheter wordt naar het binnenste deel van het hart geleid en naar de plaats van de dunner wordende klep, zodat deze kan worden opgeblazen en het gebied kan strekken.
Valvotomie
Bij complexere kleppen is een operatie met een open hart nodig. Valvotomie is een procedure waarbij een deel van de defecte klep wordt verwijderd of geopend.
Resultaten
De meeste baby's met ernstige pulmonale stenose hebben ballontherapie nodig, wat in de meeste gevallen positieve resultaten heeft. Er is echter een kans van 20% op herhaling van de aandoening, in dit geval is een tweede interventie met de ballondilatator nodig. Openhartchirurgie heeft ook uitstekende langetermijneffecten laten zien.