Inhoud
Het onderzoek is in principe onderverdeeld in twee categorieën: kwalitatief onderzoek en kwantitatief onderzoek. Kwalitatief onderzoek behandelt meer abstracte beschrijvingen, terwijl kwantitatief onderzoek zich bezighoudt met getallen en harde gegevens. De geur van een hamburger is bijvoorbeeld kwalitatief, terwijl het gewicht in grammen kwantitatief is. Ondanks deze fundamentele verschillen zijn er toch grote overeenkomsten tussen deze twee vormen van onderzoek.
Kwalitatieve data
Een overeenkomst tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek is dat de ruwe data uiteindelijk kwalitatief zijn. Zelfs als de cijfers onpartijdig zijn, moet de onderzoeker nog steeds een aantal cijfers kiezen en andere negeren. Dus hoewel de cijfers zelf objectief zijn, is het proces van het kiezen en rechtvaardigen waarom ze belangrijker zijn dan andere cijfers kwalitatief, waardoor al het onderzoek tot op zekere hoogte kwalitatief is.
Kwantitatieve gegevensverzameling
Sommige kwalitatieve gegevens zijn slechts impressies van de onderzoeker, andere worden omgezet in kwantitatieve gegevens. Voorbeelden hiervan zijn enquêtes waarin mensen hun indruk van iets geven op een schaal van 1 tot 5; hoewel indrukken kwalitatief zijn, worden ze op een kwantitatieve manier uitgedrukt. Hierdoor kunnen onderzoekers kwalitatieve impressies omzetten in kwantitatieve data.
De rol van de onderzoeker
Bij beide onderzoeksmethoden, kwalitatief en kwantitatief, wordt de onderzoeker betrokken. Het verschil zit hem in de manier waarop het is betrokken. In een kwalitatief antropologisch onderzoek kan de onderzoeker bijvoorbeeld een groep mensen 'aansluiten' en hun indrukken opschrijven. Bij een kwantitatieve klinische studie zal de onderzoeker de studie echter zelf ontwerpen. In ieder geval wordt de onderzoeker op enig moment kwalitatief betrokken bij het project. Dit is een belangrijke overeenkomst tussen de twee methoden.
Gemengde methoden
De realiteit van kwantitatief en kwalitatief onderzoek is dat de meeste onderzoeken gemengd zijn. Om een compleet beeld van een onderwerp te krijgen, heeft een goede onderzoeker een combinatie van ruwe data en individuele impressies nodig. Dit is de fundamentele overeenkomst tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek - beide worden in de meeste academische studies gebruikt.