Inhoud
- De familie Boidae
- Overeenkomsten tussen anaconda's en pythons
- Verschillen tussen pythons en pythons
- Geboorte
De pythonfamilie bestaat uit 26 verschillende soorten slangen. Reticulair, Birmees en Afrikaans zijn de grootste. Ze zijn allemaal constrictors en persen prooi tot de dood, waardoor ze verstikking veroorzaken. Ze leven in tropische gebieden van Afrika, Azië en Australië. Ze komen van nature niet voor in Noord- en Zuid-Amerika, hoewel ze zijn geïntroduceerd in de Florida Everglades en als invasieve soorten worden beschouwd. Python was de naam van de grote slang die door Moeder Aarde werd genoemd om het orakel in Delphi te bewaken, volgens de Griekse mythologie.
De familie Boidae
Er zijn vijf hoofdfamilies van slangen: Colubridae, Boidae, Viperidae, Elapidae en Hydrophiidae. Bijna 2/3 van de slangen in de wereld zijn afkomstig van de familie Colubridae, die voornamelijk niet giftig is. De familie Boidae is de thuisbasis van de meeste gigantische slangen ter wereld. De Afrikaanse python, de netvormige python en de anaconda zijn drie van de grootste slangen ter wereld, en ze maken allemaal deel uit van deze familie.
Overeenkomsten tussen anaconda's en pythons
Zowel pythons als anaconda's zijn gigantische slangen. Een volwassen anaconda is gemiddeld 5 m lang; de grootste ooit gemeten was 9 m lang en 1,12 m in omtrek. Een volwassen python-reticulaat bereikt 5 m, hoewel de grootste ooit gemeten 10 m was, volgens Extreme Science. Zowel anaconda's als pythons zijn vernauwend, wat betekent dat ze hun prooi doden door verstikking. Anaconda's worden overigens beschouwd als boa constrictors, niet als een aparte groep slangen.
Verschillen tussen pythons en pythons
De twee grootste slangen ter wereld zijn de netvormige python en de groene anaconda. Netvormige pythons zijn groter, maar anaconda's hebben een grotere omtrek. Een groot verschil tussen de twee is de territoriale reikwijdte. Anaconda's leven in het Amazonebekken in Zuid-Amerika en Trinidad, terwijl pythons leven in Afrika, India en Zuidoost-Azië. Pythons hebben nog een bot in hun hoofd en ze hebben meer tanden. Pythons brengen meer tijd in het water door, maar ze leven ook in bomen en op de grond. Volwassen anaconda's brengen het grootste deel van hun tijd in het water door.
Geboorte
Het grootste verschil tussen de twee soorten reuzenslangen is de manier waarop ze jongen baren: pythons leggen eieren, pythons baren direct. Python-moeders beschermen hun eieren actief en verwarmen ze zelfs als ze het te koud krijgen, maar nadat de eieren uitkomen en de baby's zijn geboren, leven ze op zichzelf. Baby's in boa-constructies worden geboren door een opening die een cloaca wordt genoemd. Ze zijn bekleed met een membraan zodra ze worden geboren, dat ze moeten doorbreken om eruit te komen. Net als pythons mogen babyboaconstrictors geen bescherming verwachten van hun moeders nadat ze zijn geboren, omdat ze zichzelf alleen verdedigen.