Inhoud
Om een vloeistof in het donker te laten gloeien, moet een chemische reactie plaatsvinden die chemiluminescentie wordt genoemd.Volgens het woordenboek van Merriam Webster is chemiluminescentie luminescentie, meer specifiek bioluminescentie, die het resultaat is van een specifieke chemische reactie. Glowing in the dark-vloeistoffen kunnen voor verschillende doeleinden worden gebruikt, waaronder lichtstaafjes en gloeiende verf. Het is mogelijk om thuis een oplossing te maken die oplicht in het donker door een paar stappen correct te volgen.
Stap 1
Maak verbinding met internet voor meer informatie over het gloeien in donkere vloeistoffen. De meeste benodigde materialen kunnen online of bij drogisterijen in de buurt worden gekocht (zie referentie # 2). Maak een lijst van alles wat nodig is voor het project.
Stap 2
Ga naar een nabijgelegen drogisterij om naast waterstofperoxide de benodigde benodigdheden te vinden en te kopen. Difenyloxalaat en fluorescerende kleurstof moeten online worden gekocht (zie referentie 2). Luminol in tablet of vloeistof kan worden gebruikt in plaats van kleurstof en difenyl omdat het beide producten bevat (zie referentie nr. 3).
Stap 3
Doe het masker en de rubberen handschoenen aan voordat u begint. Het waterstofperoxide moet in een glazen beker worden gegoten (zie referentie nº 2). Als u fluorescerende kleurstof en difenyloxalaat gebruikt, moeten de twee items in een apart bekerglas worden gemengd.
Stap 4
Giet de fluorescerende kleurstof en difenyloxalaat in het bekerglas met waterstofperoxide. Zodra de twee oplossingen zijn gemengd, treedt er een chemische reactie op, waardoor het product gaat gloeien in het donker (zie referentie # 2). Als u luminol gebruikt, kan het rechtstreeks aan waterstofperoxide worden toegevoegd in plaats van kleurstof en difenyloxalaat.
Stap 5
Zet de oplossing in de vriezer om de chemische reactie te verminderen en de oplossing langer te laten glanzen. Door het te verwarmen wordt het sneller en zal de vloeistof gedurende een kortere periode helderder zijn (zie referentie # 3).